woensdag 7 oktober 2009
zondag 4 oktober 2009
Vergeetkousen
Zelfs als de toeristen allang hun eigen weg zijn gegaan, kunnen ze je soms toch nog blijven achtervolgen... bijvoorbeeld door zowel hun wanten maar vooral ook hun kredietkaart achter te laten in la camioneta (inderdaad, zo groot is onze auto dat hij hier als camioneta wordt bestempeld. Nu moet ik misschien wel efkes vermelden dat alles wat hier een bak heeft vanachter onder die gemeenschappelijke noemer valt). Met de wetenschap dat de 2 meisjes die kaart eigenlijk wel dringend nodig hadden (op zwart zaad zitten is nu eenmaal niet zo leuk als je op reis bent), lieten we ons goed hart nog maar eens spreken en werd de kaart door ons persoonlijk bezorgd.
En nu we daar toch waren, konden we toch maar beter even de omgeving verkennen. En zo voerde de tocht ons naar Ozogoche, waarachtig in het hol van Pluto wat het natuurlijk des te mysterieuzer en fabelachtiger maakt. Wat er daar nu zo precies te vinden is? Wel, als mariene bioloog, een aartje naar mijn vaartje, want er liggen daar 2 prachtige uitgestrekte meren tussen de bergen ingeplant. Maar wat dit bijna godvergeten plaatsje echt zo speciaal maakt, is de komst van honderden zoniet duizenden vogels die allemaal terzeldertijd een kamikaze vlucht uitvoeren rond 21 september. Althans, dat is wat ze me hebben verteld of misschien zelfs wijsgemaakt, naief als ik soms nog ben. Hoe dan ook, wij waren er net iets vroeg om dit fenomeen waar te nemen, maar waren alsnog zeer sterk onder de indruk van de eenzame vogel die toch ook wel een reusachtig duikvlucht nam en van de – nogmaals – o zo prachtig zonsondergang die zalig met de kleuren van het water speelde.
Jammer genoeg eindigde de avond/nacht een beetje in mineur... Want ‘ s nacht besloot mijn immer lieve maag immers om eventjes een uitje te nemen: het vleesje dat ik onderweg had gegeten was me blijkbaar, althans zeer lekker, niet zo goed bevallen. Gevolg: een kleine voedselvergiftiging opgelopen. Doodgaan, mannen… of toch bijna…. Ik begon zelfs een beetje te ijlen, geloof ik, want ik droomde zelfs dat ik thuis wakker werd. Stel je dat voor, nu al….
Abrazo
Eef
woensdag 30 september 2009
Blauw. zo hemelsblauw... en paars en geel en groen
Maar dat als tussendoortje, want eigenlijk was het dringend tijd om me voor te bereiden op het echte werk, de echte test. Een 12-koppige jokergroep zou ons immers de komende dagen met hun gezelschap verblijden. En natuurlijk wilden deze ten volle van ons toeristisch aanbod genieten: een wandelingetje, een paardentochtje – waarbij ik toch verstek liet gaan -, een moutainbiketripje, een Chimborazo-bezoekje. Kortom echt de hele mikmak.
En opnieuw is het die grote reus, de Chimborazo die mijn hartje wist te stelen! Ditmaal geen stralende zon bij heldere hemel of Jantje de maan die uit zijn bedje was gekomen; integendeel, we werden verrast op een heuse hagelbui. Gevolg: een witte berg en geen pillekes meer in de camera: Man, wat was ik kwaad op mezelf! Alweer een les voor de gids in spe (of ben ik het ondertussen toch al…): neem steeds reserve batterijtjes mee! Maar sneeuw betekent natuurlijk oo: sneeuwballengevecht!!! En dit met de onze Indigena –gids Hernan. Bolletje maken, mikken en…. languit vallen. Een paar builen op de ellebogen en knieĆ«n later, besefte ik dat ik nu toch wel gemist had, zeker! Maar ach, met een lach kom je wel vaak heel ver.
Wie dacht dat het hindernissenparcours hier ophield, vergist zich schromelijk. Nog maar net bekomen van de eerste tuimelpartij of daar lag al een volgende in het verschiet…. Het mountainbiken bevalt me immers vrij goed maar zoals steeds is met mate een begrip dat nogal moeilijk te realiseren is (das precies zoals met Saraatjes drinken…): met een bijna laatste krachtinspanning kon ik nog net vermijden dat de bocht mij te slim af was en ik in de rivier belandde. Maar geen nood, die bocht bezorgde me enkel een andere flinke buil.
Aangezien het op woensdagavond bakje volledig vol was en we op donderdag nog eens bezoek kregen van een andere groep, werd de limiet van 5000m hoogte nogmaals overschreden (m.a.w ik ging nogmaals eens naar de Chimbo). Maar deze keer geen valpartij, wel een heuse lachpartij! Wat wil je, als opeens een auto tegen de rand rijdt nadat zijn linkervoorband ervandoor gaat! Ik geloofde mijn eigen ogen niet, maar toch! Maar wat mss wel het meest frappant was, was de oplossing. Laat ik al maar zeggen dat het een Ecuadoriaanse bedraagt. Inderdaad, draai gewoon 1 moer uit elke band en plaats die drie moeren in de voorband en dan nog het liefst allemaal in het donker!
Ik weet wel dat ik dat hier nu allemaal aan het ridiculiseren ben, maar wat me vooral is bijgebleven is de Ecuadoriaanse hulpvaardigheid. Niemand kende die man van toeten noch blazen en toch hielp iedereen met volle goesting mee! Zo zie je maar, zorgen zijn volledig overbodig: hulp is steeds in de buurt (en misschien nog meer als je en meisje en blank en blond bent…)!
zondag 27 september 2009
Konijntjes...
Een toertje naar de Chimborazo? Geen probleem! Bovendien kregen we onderweg ook nog wel wat gezelschap van een volledig legioen (zo leek het tenminste wel) legermannen uit euhmmm… Ambato. (Ik hoor het jullie al denken maar nee, niet veel bijzonders….)
Op naar de moutainbike toer. Dat was precies al wat moeilijker, in het achterhoofd houdend dat ik nog nooit had gemountainbiked voordien en ik eigenlijk wel wat ziekjes was. Pfff, dat was toch even afzien hoor! Maar onderweg toch even lachen geblazen. Want, wat gebeurt er met een dennenboom die de (enige!) weg versperd? Inderdaad, we verplaatsten een paar taken, zetten de auto in 4x4 en rijden daar losjes over. Klaar is kees en opgeruimd staat netjes.
Dan hadden we nog een dagje te vullen. Na de twee toers was de keuze wat beperkter en bleef het bij een wandeling. En natuurlijk gingen we opnieuw voor het avontuur: een onbekende weg met een zo goed als onleesbare kaart (en dat had nu eens niets te maken met het feit dat ik een vrouw ben). Maar die avontuurlijke ingesteldheid brengt toch altijd wel iets met zich mee: de wandeling bracht ons langs irrigatiekanaaltjes, uitgestrekte vergezichten, idyllische dorpjes….kortom, de Andes nog eens op zijn best.
Toegegeven, toeristen begeleiden en alles wat ermee gepaard gaat (slaapzalen in orde brengen, alles regelen van toers tot eten toe, vragen beantwoorden…) vraagt toch wel een enorme dosis energie, maar is tevens zeer plezant vooral als de mensen ook nog eens enthousiast zijn. Dus, heimelijk was ik wel een beetje blij toen het huis weer zijn rust terugvond. Jammer genoeg kon ik er zelf niet teveel van genieten. Ik wou namelijk mijn papieren in orde brengen en dus hop, de bus in, voor de 4u durende rit naar Quito en dit maal zonder mijn bodyguards Jonas en Bruno. Gelukkig ben ik zelf nu ook niet direct op mijn mondje gevallen (of beter, ik kan wel eens een vranke tuit hebben...) en was alles in kannen en kruiken tegen de namiddag, zodat ik op zaterdag op mijn gemakje terug kon keren om alsnog wat rust te vinden… vooraleer die alweer zijn eigen weg zou gaan….
donderdag 24 september 2009
Working, yeah right....
Wat er op ons lijstje stond? Om te beginnen, het Condor park wat eigenlijk een opvangcentrum is voor gewonde dieren. Wat natuurlijk een mooi extraatje is, is dat er ook Condors te zien zijn (en wat een verrassing hier). Als ik me niet vergis – en ik moet oppassen met wat ik zeg hier met al die vogelknuffelaars, waar ik absoluut niets op tegen heb integendeel, in mijn vriendenkring – is dat de grootste roofvogel of toch alleszins hier. Hij is bovendien afgebeeld op de Ecudoriaanse vlag maar jammer genoeg is hun aantal in het wild schrikbarend lag…. Mocht ik er geen zien in het wild, heb ik er toch al eentje in levende lijve gezien tenminste. Maar ook de andere vogeltjes kregen hun welverdiende aandacht, hoor! Zo zijn we nu eenmaal.
Maar aangezien een weekend nu eenmaal uit 2 dagen bestaat, moest ook voor zondag een alternatieve invulling gevonden worden. No problema, de auto bracht ons richting Quilotoa, een gigantische kratermeer dat wel in het hol van pluto ligt. Wegwijzers zijn hier precies maar in beperkte oplage beschikbaar en dus is het vaak rijden op het gevoel. Je zou dan kunnen denken, vraag dat gewoon. Ja, bij ons gaat dat wel, hier vormt dat vaak een probleem: je krijgt dan aanwijzingingen als zijnde 'daar' – heel precies uiteraard – of ze flappen er zo maar iets uit: het blijkt voor Ecuadorianen nogal moeilijk om toe te geven dat ze iets niet weten zijn. Een resterend gevoel van fierheid – of een manier om die Gringos alsnog een lesje te leren?
Hoe dan ook, na een paar vijven en zessen, bereikten we dan toch dat fantastische kratermeer. Jammer genoeg ontbrak de tijd om helemaal tot aan beneden te wandelen, maar misschien was dat ook helemaal niet zo erg want de loeiharde wind en het altijd aanwezige stof vormen nu niet direct de beste combinatie. De weg ernaartoe alleen al was de moeite: hoog in de paramo met het speciale gras dat paja noemt, kuddes schapen die gehoed worden, traditionele klederdracht, massieve aardverschuivingen….
Je kan niet anders dan je klein voelen bij zoveel schoonheid en grootsheid. En een mens in een filosofische bui, durft zich dat wel eens afvragen, wat biedt dit onherbergzam e land nog meer? Vamos a ver…
woensdag 23 september 2009
to highest point on earth!
Dat liet me wel de tijd om me wat aan te passen en dan niet alleen aan de hoogte, ook aan de omgeving, de mensen en hoe alles hier verloopt. De rustige inrollooptijd aldus begon met een bezoekje aan de Chimborazo, een van de toers die Inti Sisi ook aan de toeristen aanbiedt (dus toch nog een beetje werken, alhoewel, toegeven, lichtjes vermomd).
Wat er zo speciaal is aan die berg? Wel, ten eerste is het geen berg maar een gelukkig voor het moment niet actief zijnde vulkaan die de hoogste is van Ecuador - en Ecuador heeft er wel wat! Om een wetenschappelijke reden – die ik jullie nu hier bespaar maar bij vraag uiteraard graag geef – is het tevens het punt het dichtst bij de zon. Verder ligt deze reus in een national park van maar liefst 54 000 km2 groot (en neeee, geen fout!), en eentje dat mag gezien worden! De weg ernaartoe is een slingerpad dat stilletjesaan tot de eerste refugio op 4 800m kruipt. Met een 4x4 kan je natuurlijk wel wat scherpere bochten en steilere hellingen overwegen… maar vooral ook doen... (hoeft hier meer uitleg bij met 2 jongens voorin in de wagen?): Hoe dan ook, met een dakargevoel doorheen een waarachtig maanlandschap cruisen, is toch wel zalig (en dan zeker bij het terugkeren met een ondergaande zon en een mooi muziekje op de achtergrond). Eenmaal toegekomen in de eerste refugio, leidt een kleine klim je tot de 2de refugio, op 5 000m. Adembenemend – figuurlijk mar ook letterlijk.Het coca-theetje (!) heb je erna toch wel meer dan verdiend!
Na deze hoogtegewenning, bleef het de rest van de week rustig: uitleg krijgen over de werking van Inti Sisa – die dra volgt, beloofd! -, de mensen leren kennen, helpen bij de voorbereiding van de prekinder of het kleuterklasje zeg maar, de stoof leren aansteken, mijn spaans bovenhalen, maar nog niet met de auto leren rijden….
Om toch maar niet langer illegaal te zijn – nu ja, niet volledig in orde met de papieren is de juiste term – begaven we ons op donderdag richting Quito, met vernieuwde hoop. En ja, hoor, het geluk was deze keer aan onze zijde: papieren mochten op dinsdag opgehaald worden (ja zeg, nog eens naar Quito….). Eens benieuwd.
Abrazo
Eef
Poedersuiker
Er is zijn echter wel een aantal verzachtende omstandigheden: het traagwerkende internet, de al mijn tijd opslorpende toeristen maar vooral mezelf… zoveel indrukken, emoties, inspanningen, avonturen, belevingen… dat ik niet goed weet waar ik kan of moet beginnen om, al is het maar ietsiepietsie deeltje, over te brengen… Maar toch, hoe gering ook, een kleine poging.
Maar vergeet ook niet om van jullie te laten horen!
Abrazo
Eef
vrijdag 11 september 2009
Mijn achtertuin
Abrazo!
En aanschouw:
vrijdag 4 september 2009
Een knap staaltje, zeer knap zelfs
Abrasito
Eef
woensdag 2 september 2009
Op naar het ongewisse
Nog een laatste Belgisch koffietje, een laatste groet, een laatste kus voor een tijdje en de stap in het ongewisse was een feit: op weg naar Ecuador, meer bepaald Guamote dat het volgend jaartje mijn thuis zou worden. Misschien een beetje droevig, maar vooral spannend zeg. Ik kon natuurlijk niet weten dat de spanning al zou stijgen bij het wisselen van vlucht in Madrid. Ik hoor jullie al denken: ja, lap, ze heeft haar vlucht gemist. Maar nee, scheetjes, er zat - gewoon, alledaags, doodnormaal - een gedetineerde op het vliegtuig. Wat een prettig gedacht, zeg! Nu was ik pas echt gerust, ik zou een boeiende tijd tegemoet gaan.
Terwijl stilletjesaan de ongedurigheid bij de passagiers toenam, naderde ons vliegtuigje gestaag maar zeker Quito! En ja, hoor, daar rees de stad op! En oprijzen is wel degelijk het juiste woord: met zijn 8km breed en 60 km lang, gelegen in een vallei op 2800m hoogte lijkt Quito wel eindeloos! Vergeet daarbij niet dat je quasi in de huizen kunt kijken!
Na de nodige vertragingen - je kent dat wel: door de douane, langs de dokter, via de bagage, het uitladen van gedetineerden - werden Jonas en ik - Ah ja, Jonas is een vriend van de andere vrijwilliger hier - verwelkomd door ons voltallige welkomstcomite.
En dan stonden we dan, op Ecudoriaanse bodem, de supergezonde - ahum ahum lucht in te ademen. Een ding mocht duidelijk zijn: the adventure had began!
Abrasito!
zaterdag 7 maart 2009
De woeste wereld in
Met een heel klein hartje, lood in de schoenen en een biggelend traantje was het tijd om El Silencio achter te laten en me te begeven op nog andere wegen. Deze keer zou het richting Corcovado gaan, het grootste en nog het meeste wilde nationale park van Costa Rica en meteen ook mijn laatste park want daarna zou die ijzeren vogel al op me staan wachten... Maar alweer - de rode draad door mijn verblijf waarschijnlijk - kwam mijn vertrek in gedrang toen zowel een mevrouw als ik zitje nummer 25 moesten delen op de bus. Gelukkig was daar de buschauffeur die als een ware reddende engel in de bres sprong en mij een zitje net achter hem toewees. Een godsgeschenk, denk je dan want lekker veel beenruimte. Wat later bleek het veeleer een vergiftigd geschenk te zijn want ik kon daardoor de chauffeur in de gaten houden die voor echt alles oog had voor, inderdaad, de weg. En het was nochtans meer dan nodig deze keer want niet alleen duurde de rit 9u (met alweer een fantastistisch uitzicht met ondermeer ananasplantages...), bovendien reden we ook nog in het donker (wat niet zoveel gebeurt hier met de bus), passeerden we een steenlawine en kruisten we bruggen waar ik nog geen kuiken zou over sturen ...
En daar kwam ik dan aan in Puerto Jimenez, in het holst van de nacht (nu ja, 21u00...) en zonder enige notie van waar ik naartoe moest. Dus klampte ik een vrouwtje en haar dochter aan. Gelukkig bleek die zo lief en vriendelijk om me de volledige toch te begeleiden. Maar de plaats van aankomst zag er bijzonder stil uit. Gelukkig was dit maar schijn en werd ik even later, onder luid geblaf van de hond (ook dat ontbrak er nog aan, een hond...) toch binnengelaten. Hoewel ze me niet direct verwacht hadden, werd ik toch hartelijk ontvangen. En dat bleef zo doorgaan, ook de volgende dag, toen ik me een weg baande naar de plaats van bestemming. Dat bleek echter ook niet zo eenvoudig. Eerst ging het met de bus naar Carate, een rit van 2,5u. Nu ja, een bus, een omgebouwde truck is waarschijnlijk een betere benaming, die - had ik het nog anders verwacht? - opnieuw volgestouwd was met mensen en winkelwaren. Wat de weg betreft, die werd doorkruist door en putten en rivieren deze keer. Maar geen nood, daar zijn bruggen voor, niet? Tarara, gewoon effe doorwaden met de truck, die handel! Na nog een kleine 4km, verscheen daar dan eindelijk La Leona. Wie dacht dat de trip hier eindigde, kan ik aanraden om nog eens na te denken. De volgende ochtend, voor dag en dauw, begon namelijk de laatste 16 lange km om tot La Sirena, de eindbestemming te geraken. Een vriendelijk gezicht (mag ik althans denken) en een vlotte babbel (hoe vlot dat ook kan zijn in het Spaans...) verrichten vaak wonderen (dat had ik al mogen ondervinden) en ook hier. Mijn kersverse vriendschap met een ranger, zorgde ervoor dat de eerste 6km werd overbrugd met de quad en ook dit was een unicum voor mij. Zalig.... En dan mochten de voetjes weeral beginnen werken voor een tochtje van een kleine 3u, met cargo! De vermoeidheid begon stilletjesaan toe te slaan, toen er opeens tekenen van beschaving oprezen... Een groepje toeristen had zich weten te verzamelen, fototoestellen flitsend aan alle kanten. En daar werd de inspanning algauw beloofd, want ik kon mijn eerste wild dier spotten en dat was niet niks: een poema, zeg! FANTASTISCH! En de dag was nog lang.... Ook een haai, wilde zwijnen, witneussnuitberen, tapir en lapas (of de papegaaien) kwamen goeiendag zeggen. Enkele dagen later mocht ik ook nog een krokodil aan het lijstje toevoegen (en nog een hele pak vogels, insecten, kikkers...) Zalig, niet?
Wat ik in La Sirena zelf mocht doen? Eigenlijk niet zoveel, het bleef beperkt tot de afwas doen van de toeristen... Gelukkig had ik daardoor veel tijd om de woeste omgeving te verkennen en dan nog vaak vergezeld van of gidsen of rangers. Dan denk je dus dat je veilig zit. Niet dus. Toen ik samen met een ranger op slangenjacht ging (maar jammer genoeg er geen gezien daar), liepen we toch wel niet verloren in het regenwoud, zeker. Terwijl een lichte angste me toch wel besloop, bleef mijn moedige man de weg zoeken zodat we even later toch opgelucht konden ademen.... Ook werd ik uitgenodigd om mee te gaan op een vrij dagje. Wat me dan te wachten stond, had ik ook niet kunnen voorzien. De dag begon met een stevige wandeling van een kleine 7km onder een blakende zon om naar een strand te gaan dat er net zo uitzag als hetgene waar we vandaan kwamen... Eens daar, ging de rugzak open en kwam het vismateriaal tevoorschijn (wat ik eerst niet wou geloven....). Als je dan even later, met een cracker en verse gebakken vis in de ene hand en een kokosnoot in de andere hand een babbeltje in het Spaans zit te slaan, denk je opnieuw wel even: het leven is toch zo schoon....
¡Pura Vida!